Margot's mussenproject: 2005 » 2008 » 2015 » 2022

Margot's Mussenproject, 2005

LEIDERDORP - Het is bekend, onze Huismus zoekt voedsel en broedmogelijkheden. Daar kunnen we iets aan doen. Zoals iedere vogelliefhebber inmiddels wel zal weten, gaat het niet goed met de Huismus in ons land. In een paar jaar tijd is de mussenstand meer dan gehalveerd. Het gaat zelfs zo slecht met deze leuke vogels, dat ze op de Rode Lijst geplaatst zijn. En dat terwijl de Huismus een echte mensenvriend is, een cultuurvolger, die menselijke activiteiten nodig heeft om voort te bestaan.

Voedselgebrek of nestruimtegebrek?

Uit de artikelen in de diverse vogelbladen over de Huismus bleek dat de grootste problemen in de huidige tijd gelegen zijn in gebrek aan broedmogelijkheden en aan voedsel. Huismussen wonen in steden en dorpen veelal onder pannendaken. Omdat veel huizen gerenoveerd worden, waarbij openingen in het pannendak dichtgemaakt worden, verdwijnt deze nestelmogelijkheid. Voedsel is minder aanwezig, omdat de mensen minder kwistig zijn met voedselresten (tafelkleden uitschudden na het ontbijt e.d.) en omdat het paard uit het straatbeeld verdwenen is (gemorste haver). Bovendien liggen akkers verder van de stad dan vroeger en zij bevatten minder onkruid, waarvan de mussen de zaden eten.

Mussenkast met meerdere nesten in één kast zijn extra aantrekkelijk voor de huismus.

Toen hoorde dat het zo slecht gaat met de Huismus, besloot ze haar steentje bij te dragen aan het behoud. Bij ons in de tuin kwamen wel eens mussen op bezoek, een stuk of 5 maximaal. wilde proberen dit aantal omhoog te brengen, door het aanbieden van nestgelegenheid en voedsel. Bij Vivara kochten we twee jaar geleden een mussenkast (een nestkast met drie compartimenten; mussen zijn koloniebroeders). Tot op heden is deze kast echter onbezet gebleven. 1

Daarnaast ging vorige herfst over tot het jaarrond voederen, voornamelijk met gierststengels (o.a. verkrijgbaar bij dierenspeciaalzaken en in grotere supermarkten, omdat deze stengels ook als parkietenvoer
dienen). Dit werd een groot succes. Al snel bleken de Huismussen erg verzot te zijn op deze stengels. hangt per dag op een vaste tijd (’s middags) zo’n 10 stengels op. Ze hangt ze op een plaats waar de katten niet snel bij kunnen en de mussen bij ander gevaar kunnen vluchten in een vuurdoorn (een mannetje Sperwer had al snel door dat hier wat te halen viel). Naast de gierst hangt er ook altijd een silo met voer, zodat de mussen overdag tussendoor ook nog wat kunnen snoepen. De mussen hebben echter een sterke voorkeur voor de gierststengels. Alleen indien er te veel concurrentie is om de gierst, wagen de verliezers zich aan de voedersilo (die voor het overige wordt gebruikt door Koolmezen). Door deze bijvoedering bleef de mussenstand gedurende de winter op peil (liep al snel op tot tussen de 10 en 15 vogels, de buurtmussen kregen door dat hier elke dag iets te halen viel).

In het voorjaar breidde het aantal mussen al snel uit. Jongen werden door hun ouders meegenomen naar deze voederplek. Ze zijn eerst herkenbaar aan de grotere bekken met de tere randjes en vooral aan het bedelgedrag; terwijl ze nota bene zelf naast zo’n gierststengel zitten, moet mama het voer in hun bek stoppen. Na verloop van tijd gaan ze op vrouwtjesmussen lijken en enige weken later verandert ongeveer de helft van de jongen langzaam in mannetjes. We hebben afgelopen voorjaar en zomer drie nieuwe lichtingen Huismussen gezien. Begin augustus jl. was de mussenstand op zijn hoogtepunt; er kwamen toen zo’n 50 vogels (veel jongen) op ons voer af. Momenteel (herfst 2005) krijgt onze voederplek dagelijks bezoek van tussen de 30 en 40 mussen. Misschien zijn het er nog wat meer, maar zoveel zijn er tegelijk aanwezig vlak nadat de gierststengels heeft opgehangen. Of degenen die de rest van de dag nog wat aan de stengels peuteren dezelfden zijn, kunnen we niet met zekerheid vaststellen. Uit de grote toename van de mussenpopulatie concludeer ik dat op de plaats waar wij wonen (rand Leiderdorp, grenzend aan de Boterhuispolder) er nog broedgelegenheid genoeg is, maar dat het mussengebrek veroorzaakt werd door een tekort aan voedsel.

Regelmaat geeft rust en bezoek!

Door de vaste routine zijn de Huismussen inmiddels volledig aan gewend. Als ik eerder thuis ben dan zij kan ik soms al aan de mussen zien dat er aan komt. Ze komen dan massaal aanvliegen en gaan alvast in de vuurdoorn zitten wachten, luid tsjilpend. Wanneer met het ophangen van de stengels begint, kunnen sommige mussen al bijna niet meer wachten en ze beginnen al te eten aan de eerste stengels zodra een half metertje verwijderd is. Het grappige is dat ze mij niet zo goed herkennen, omdat ik slechts zelden de voedertaak van over neem. Als ik het eten ophang, blijven ze op grotere afstand.
Omdat de Huismussen zo aan deze zekere voedselbron gewend zijn, is het zaak om er voor te zorgen dat de verzorging niet wordt onderbroken. Het is ons gelukt om één van de buurvrouwen zo ver te krijgen dat zij de mussen voert tijdens onze vakantie.

Gierststengels aan de pergola.
Juist mussen zijn er dol op.

Gierst is alleen voor de mus

Het voeren met gierststengels heeft het grote voordeel, dat andere vogels daar niet zo dol op zijn. en ik willen ’s zomers liever geen andere vogels bijvoeren dan de Huismussen. Andere vogelsoorten zijn toch minder gericht op de mens dan onze mus. Bovendien is er een andere cultuurvolger, de Turkse Tortel, waar het helemaal niet slecht mee gaat en die in staat is om in korte tijd al het aangeboden voer op te eten, waarbij de kleinere vogels het nakijken hebben. De tortels in onze tuin hebben wel eens van de gierststengels geproefd, maar kennelijk lusten zij dit toch niet graag.

Overdag trekt de troep mussen door de gehele buurt, waar ze ongetwijfeld ook nog de nodige andere voedselbronnen gebruiken, die daar al dan niet vast aanwezig zijn. Wij zorgen echter voor het vangnet, voor de volle buik vlak voor het slapen gaan en voor het stillen van de eerste trek na het ontwaken. Dat zijn de momenten dat “onze” mussen ons luidruchtig bezoeken.

Pa Huismus in vol ornaat

Oproep

Wat zou het mooi zijn indien anderen ons voorbeeld zouden volgen. Zeker indien andere voederplaatsen binnen het bereik van onze mussenpopulatie zouden liggen, wordt het risico gespreid (Sperwer!). Bovendien kan de populatie dan verder groeien, want bij ons komt de maximum opvangcapaciteit in beeld. Vaak moeten de mussen erg lang met elkaar vechten om allemaal aan de beurt te komen, en veel meer stengels ophangen lukt ons op die plaats niet. Het kost ook wel wat werk, omdat naast het ophangen van de gierst ook gezorgd moet worden voor het schoonhouden van de voederplek (voorkomen ziektes bij de vogels, goede verstandhouding met de buren) en voor het geregeld verversen van het water. wil volgend voorjaar overigens op een kat-onvriendelijke plek een zandbakje voor de mussen maken. Huismussen nemen erg graag een zandbad op zijn tijd.

Beste lezer, indien u nu weinig mussen in de tuin heeft: probeer het ook. Volg’s voorbeeld. De mussen zullen u rijkelijk belonen met hun gezellige aanwezigheid en indien we dit met velen doen, kan de Huismus weer van de Rode Lijst af!!!

Vervolg

Hoe het verder is gegaan leest u in de volgende aflevering!Margot's mussenproject: 2005 » 2008 » 2015 » 2022