Categorieën
1 Watervogeltellingen VWG - 2023-11
Opvallende waarnemingen: Grauwe gans (3304): vrijwel in alle polders waargenomen. De meeste in de Lagenwaard t.w. 760 stuks. Grote Canadese gans (233): 65 vogels in polder Achthoven maar ook 31 stuks in de Boterpolder. Een november-record voor deze laatste polder over de laatste 10 telseizoenen. Kolgans (352): verreweg de meeste, 220, in de Lagenwaardse polder. Smient (8674: topscore bij deze soort in De Wilck t.w. 6467 exemplaren. Een goede tweede is de Vlietpolder met 550 stuks. Krakeend (449): waarvan 80 in de Grote polder en 162 in de Riethoornse polder. Pijlstaart : 10 in de Munnikenpolder en 15 in de Wilck. Wintertaling (113): 97 stuks in de Wilck. Fuut (52): 11 in de Munnikenpolder en 12 in de Riethoornse polder. Dodaars: zowel in de Zegerplas als in de Wilck 1 exemplaar. Meerkoet (3288): de meeste in de Grote polder met 747 vogels. Goudplevier (1139): 736 in de Barrepolder, 253 in De Wilck en 150 in de Groenendijkse polder. Kievit (5924): de meeste in de Wilck t.w. 1340 stuks en de Riethoornse polder nl. 2000 exemplaren. Wulp (606): 89 in Kerkweg Woubrugge en 460 in de Groenendijkse polder. Ooievaar: 2 x 1 exemplaar zowel in Hondsdijkse polder als de Geer- en Buurtpolder. Grote zilverreiger (77): 10 exemplaren in de Wilck en eveneens 10 in polder Achthoven. En verder: 1 ijsvogel in de Gemenewegse polder. 9 kramsvogels waarvan 1 in de Gnephoek en 8 in de Munnikenpolder. 4 ringmussen in de Grote polder. 1 tjiftjaf in de Barrepolder. 10 roodborsten (van in totaal 23) bij de Zegerplas 8 staartmezen in de Munnikenpolder. 2 veldleeuweriken in de Wilck 20 holenduiven (van in totaal 52) in de Gnephoek 12 in de Droogmakerij en 18 in de Geer en Buurtpolder. 30 houtduiven (van de in totaal 108) in de Gnephoek 10 fazanten (van de in totaal 23) in polder Achthoven 1 grote mantelmeeuw in de Wilck. 760 stormmeeuwen (van de in totaal 3202) in de Hondsdijk en 616 in de Gnephoek 1 havik in de Wilck 1 slechtvalk eveneens in de Wilck 1 smelleken in de Grote polder Foto: Knobbelzwaan (c) Ton Renniers Uitgelicht: de knobbelzwaan Voor ons allemaal eigenlijk een gewone vogel die altijd wel in grotere of kleinere aantallen wordt waargenomen tijdens het telseizoen. Het winterseizoen telt gemiddeld 41.700 tot 48.400 exemplaren (Sovon 2016-2021) in Nederland. Een vergelijkbaar aantal vogels trekt door en de broedpopulatie was in 2020 9300 broedparen. Ook in ons telgebied worden jaarlijks tussen oktober en maart veel knobbels waargenomen. Tot op heden is het telseizoen 21/22 koploper met ca. 5200 getelde exemplaren. Dit wil echter niet zeggen dat er op enig moment zoveel vogels aanwezig waren. Het is de som van 6 telmaanden in ons hele gebied. De hoogste aantallen werden die winter geteld in december t.w. ongeveer 1200 stuks. Er is wel sprake van een toename van overwinterende knobbels in ons gebied. De grafiek van de maand november vanaf seizoen 13/14 laat dit zeer duidelijk zien. De toename over de hele telperiode van 6 maanden is eveneens zichtbaar, maar minder duidelijk. De gegevens van seizoen 23/24 zijn onvolledig (dus laag)
0 Watervogeltellingen VWG - 2023-10
Afgelopen maand lijkt het echte telwerk pas goed van start gegaan. Was september met 7 getelde polders nog wat magertjes, nu zijn de gegevens weer binnen van 20 van onze 21 telgebieden. Hieronder de meest in het oog springende waarnemingen wat betreft aantal en/of leuke soorten. Brandgans : in de Wilck werden de eerste 50 van deze soort weer waargenomen. Grauwe gans (1663) waarvan de meeste in de Lagenwaard t.w. 455 stuks. Smient (1731): ze lijken er steeds vroeger bij te zijn. Vrijwel in elk telgebied aanwezig maar In De Wilck alweer 1303. Krakeend (579): ook deze soort werd overal geteld maar met 124 stuks zaten de meeste in de Riethoornse polder. Nijlgans (219) waarvan 55 exemplaren in de Vlietpolder. Kievit (1342): dit maal de meeste in de Gemenewegse polder met 620 exemplaren. Goudplevier: in 2 van onze gebieden was de soort aanwezig. 355 stuks in de Lagenwaard en 600 stuks in De Wilck Watersnip (25): de meeste, 17 stuks, zaten dit maal in polder Achthoven. Wulp (350): hiervan 68 in Woubrugge Kerkweg, 96 in de Hondsdijkse polder en 138 in de Gemenewegse polder. Porseleinhoen: 1 exemplaar langs de Wijde Aa. Een bijzondere waarneming. Dit lijkt (volgens de gegevens van Sovon) de eerste en enige waarneming in ons telgebied te zijn wanneer wordt teruggekeken tot 1995. Zelf meen ik mij te herinneren dat ik er ooit een heb waargenomen toen ik nog niet zo lang lid was van de VWG bij de Amalia hut. Dat moet dus ergens eind 80-er begin 90-er jaren zijn geweest. Ik kan het niet meer terugvinden in mijn oude gegevens. Ik meen te weten dat de VWG in die tijd nog geen watervogel telgegevens aan de Sovon doorgaf omdat we ons simpelweg niet bezig hielden met dit telproject. Grote zilverreiger (88): 17 exemplaren in de Lagenwaard Sperwer: 1 in de Lagenwaard en 1 in de Barrepolder. Buizerd (37): waarvan 8 in de Lagenwaard. Fazant (48): waarvan 16 in Woubrugge Kerkweg en 19 in polder Achthoven. Houtduif (348): 180 stuks in de Gnephoek. Groene specht: 1 vogel in polder Achthoven. IJsvogel: 3 in de Barrepolder, ook 3 in polder Achthoven en 1 in de Wilck. Halsbandparkiet (46): waarvan 11 bij de Zegerplas en 17 in de Barrepolder. Boerenzwaluw: 3 late vogels in Woubrugge Kerkweg. Tapuit: 2 vogels in de Wilck en 1 in de Hazerswoudse Droogmakerij. Roodborsttapuit 1 x in de Munnikenpolder. Cettis’zanger: 1 x in Woubrugge Kerkweg, 2 x in de Munnikenpolder en 2 x in de Riethoornse polder. Grote gele kwik: 1 exemplaar in de Doespolder. Gele kwik: 1 x in de Vlietpolder. Keep: 3 x in polder Achthoven. Putter: 20 stuks in de Munnikenpolder en 12 in polder Achthoven. Sijs: 15 in de Munnikenpolder en 4 in polder Achthoven. Ringmus: 5 x in Grote Polder, ook 5 in de Hondsdijk en 2 x in de Lagenwaard. Zilvermeeuw (166) waarvan 57 in de Grote polder. De IJsvogel Hoewel ik daar geen goede gegevens over kan vinden, is de ijsvogel ook in ons telgebied vrijwel zeker een broedvogel. In ieder geval is er een territorium vastgesteld in de Munnikenpolder maar ook elders in ons gebied lijkt dit niet onwaarschijnlijk ( b.v. Barrepolder langs de Weipoortse Vliet). Zoals bekend kan de ijsvogelstand in ons land per jaar zeer sterk variëren, waarbij de weersomstandigheden ( langere vorstperiode wel of niet) een belangrijke factor zijn. Slechte jaren (b.v. 285 broedpaar in 2012) worden afgewisseld met topjaren (b.v. 1250 broedparen in 2016). In 2022 was er sprake van 600 broedparen in ons land. Vanaf ca. 2000 is de trend echter duidelijk positief (toenemend aantal broedparen). De broedpopulatie in Zuid Holland wordt geschat op ca. 8% van de landelijke populatie. In de winter komen er ook oostelijke en noordelijke vogels overwinteren in ons land. Geschat wordt dat er ca. 4000 overwinterende vogels zijn (inclusief eigen vogels).
0 Nieuwe springstaart | Waarneming.nl - 2023-10
Deze nieuwsbrief is editie #100! We zijn de nieuwsbrief bijna negen jaar geleden begonnen, in december 2014. In nieuwsbrief #1 berichtten we TOEN onder andere over de vondst van een nieuwe springstaartsoort in Nederland: Calvatomina nr superba. Inmiddels zijn er 52 goedgekeurde waarnemingen van deze springstaart ingevoerd op Waarneming.nl. Hier kun je de eerste nieuwsbrief bekijken. Ons platform zag er in 2014 nog behoorlijk anders uit. We hadden destijds een ander logo en de site zag er compleet anders uit. Het aantal waarnemingen was toen wel al indrukwekkend voor de grootte van ons landje, namelijk 6 miljoen in een jaar. En ook in 2014 hadden we al heel veel soortspecialisten die enorme bergen werk verzetten. Samen zorgden zij dat jaar voor meer dan 2,5 miljoen validaties. Wij zijn benieuwd hoe ons platform eruitziet over nog eens 100 nieuwsbrieven en hopen dat je dan nog steeds evenveel plezier beleeft in de natuur en met Waarneming.nl als vandaag. Samen ontdekken we meer! Mooie foto's - Steppekiekendief Foto flamingo: Joep Heldoorn Waarnemer van de maand Waarnemingen NL en BE naar Observation.org Wil je meer weten over Waarneming.nl en hoe het invoeren van een waarneming werkt? Lees dan onze snelstartgids. Alle vorige nieuwsbrieven vind je via deze link: Oude nieuwsbrieven lezen
0 Lepelaars | Waarneming.nl - 2023-06
de Nationale Bloem Verkiezing van Vroege Vogels Mooie foto's Waarnemer van de maand: Sven Prins. Specialisatie: Lepelaars Donatie verzoek Alle vorige nieuwsbrieven vind je via deze link: Oude nieuwsbrieven lezen
0 Watervogeltellingen VWG - 2022-2023
We hebben met zijn allen 104 soorten geturfd in het seizoen 22/23. Vergelijkbaar met voorgaande jaren. Hiervan 7 exoten (zwarte zwaan, halsbandparkiet, fazant, grote Canadese gans, Indische gans, nijlgans en muskuseend). De top 3 soortenrijkste* telgebieden gedurende dit hele telseizoen zijn polder Achthoven (74 soorten), de Wilck (67 soorten) en ex aequo de Oostbroekpolder en de Munnikenpolder (64 soorten). De talrijkste** soorten waren de smient. Deze is 43358 x geteld (vorig seizoen 56007 x), gevolgd door de kolgans 23852 x (vorig seizoen 14060 x) en stormmeeuw 19503 x (vorig seizoen 15075 x). Het kan verkeren wat betreft aantallen. Ongetwijfeld zit er een weers-afhankelijkheid in. B.v. de goudplevier; dit seizoen “slechts” 3089 x maar verleden jaar 10971 x en daarnaast bovengenoemde kolgans. Verschillende hoogtepunten. Voor iedereen net iets anders, maar ik noem hierbij o.a. velduil, roodhalsgans, bokje, blauwe kiekendief en koereiger. De opmars van de Cetti’szanger. Inmiddels op 5 verschillende locaties in ons telgebied waargenomen. In het seizoen 18/19 voor het eerst 1 waarneming in de hele telperiode. Inmiddels zitten we op 8 waarnemingen (cumulatief) dit telseizoen. * soortenrijkdom is vooral afhankelijk van de grootte, gebruik en de inrichting van een telgebied. Het is dus niet toevallig dat De Wilck (Natura 2000 gebied) en polder Achthoven (deels NNN gebied = Doeshofpolder) hoog scoren. Het beheer door Staatsbosbeheer speelt een belangrijke rol bij deze soortenrijkdom. Ook de Munnikenpolder is, ondanks de nabijheid van de A4, als natuurcompensatiegebied enigszins in het voordeel. ** met talrijk wordt hier bedoeld de optelling van alle waarnemingen over het hele telseizoen. Het zijn dus niet de absolute aantallen.